Instructie gehaakte kralen

Op deze pagina laat ik met foto's zien hoe ik op een eenvoudige manier, met zo min mogelijk tellen, kralen haak. Het is niet heel lastig. Wel een priegelwerkje, waar je misschien even aan moet wennen.
Maar hoe leuk is het, als je straks je eigen kralen hebt gemaakt?
Let op: ik ben linkshandig, en haak dus precies andersom. Sorry daarvoor!
Basis-haaksteken, en zelfs filmpjes over het haken van kralen zijn ook heel eenvoudig via YouTube te vinden.

Om hieraan te beginnen heb je nodig:
Houten kralen van 18 mm, Haakkatoen, een haaknaald van 2 mm en een rijgnaald.
Daarnaast moet je weten hoe je 'vasten' haakt.
Dat is de enige haaksteek die je nodig hebt voor deze kraal.

Let op: Op de onderstaande foto's zie je het proces als je met links haakt (voor mij volkomen vanzelfsprekend ;-) ) Ik zal de foto's nog aanpassen voor rechtshandig haken!

Stap 1:

Maak een ruime lus op je haaknaald, en haak 3 vasten op de rand van de lus. Trek de lus iets aan, maar niet te strak. Anders raak je het gat in de kraal kwijt. (Voor de haaksters onder jullie: dat is de reden dat ik ervoor kies om niet met een magische ring te beginnen).

Stap 2:

Haak 2 vasten in iedere vaste. Zo 'meerder' je naar 6 vasten. Je haakt 2 keer rond. Tel de eerste keer tot 6, en de tweede ronde (dus) tot 12.

Stap 3:

Haak 1 vaste in de eerste vaste, 2 vasten in de tweede vaste, en wissel dat af totdat je rond bent (Tel tot 18). Het draadeindje van het begin knip je eventueel af tot ongeveer 1,5-2 centimeter. Dit blijft gewoon aan de binnenkant van je haakwerk zitten.

Stap 4:

Blijf rondjes haken. Je maakt als het ware een mutsje voor je houten kraal.
Probeer af en toe even je kraal in het mutsje te doen, om te zien hoe ver je nog rond moet haken. Stop met rondhaken als je op het punt komt waar de kraal weer duidelijk smaller wordt, en het mutsje dus te wijd.

Stap 5:

Je gaat nu 'minderen'. Je steekt je haaknaald door de eerste 2 steken van de vorige ronde, en haakt daar 1 vaste in. Zo zorg je dat het rondje steeds kleiner wordt. Eigenlijk werk je in tegengestelde volgorde van de 'heenweg'. Je begint dus met twee steken samenhaken, gevolgd door 1 normale vaste, en wissel af. Laat het minderen eventueel afhangen van hoe los je haakwerk om de kraal zit. Los? Vaker steken samenpakken. Strak? Iets meer gewone steken tussendoor. Probeer wel een beetje in een bepaald ritme af te wisselen, zodat het haakwerk goed verdeeld rond de kraal zit.

Stap 6:

Blijf minderen tot je niet meer verder kunt en de kraal dicht is. Knip je draad af (laat ongeveer 10 centimeter over), en haal de draad door de laatste lus om af te knopen. Met de rijgnaald kun je het einddraadje netjes langs de houten kraal 'wegrijgen', en daarna kort afknippen.

Klaar!